De grote Nederlandse pensioenfondsen zijn er in het tweede kwartaal opnieuw beter voor komen te staan. Ambtenarenpensioenfonds ABP en zorgfonds PFZW, maar ook bpfBOUW en de metaalfondsen PME en PMT deden weliswaar minder goede zaken met beleggingen. Maar ze profiteerden ervan dat de rente licht is opgelopen. Daardoor hoefden ze minder geld opzij te zetten voor de huidige en toekomstige pensioenen.
De zogeheten dekkingsgraad bij ABP, Nederlands grootste fonds, verbeterde bijvoorbeeld van een kleine 113 procent eind maart naar een score van 115,60 procent. "Dat betekent dat voor elke 100 euro pensioen die ABP nu en in de toekomst betaalt, we 115,60 euro in kas hebben", zegt bestuursvoorzitter Harmen van Wijnen.
Of gepensioneerden volgend jaar net als dit jaar weer een verhoging van hun pensioen kunnen verwachten, is nog niet te zeggen. De fondsen beoordelen pas in het najaar of ze dan financieel sterk genoeg zijn om de pensioenen verder op te voeren.
Bij andere fondsen is het beeld vergelijkbaar als bij ABP. "We zien dat de stijging van de dekkingsgraad zich doorzet in het tweede kwartaal", zegt werkgeversvoorzitter Terry Troost van PMT. Bij zijn fonds ging de graadmeter naar zo'n 110 procent.
De dekkingsgraad van PME bedroeg eind tweede kwartaal bijna 115 procent, die van bpfBOUW steeg tot meer dan 128 procent en bij PFZW dikte de graadmeter aan tot ruim 110 procent. "Met deze stand van zaken zijn we gezond genoeg om voor al onze deelnemers evenwichtig de overstap te kunnen maken naar de nieuwe pensioenregeling per 1 januari 2026", merkt PFZW-bestuursvoorzitter Joanne Kellermann op.
In de pensioensector worden al langer voorbereidingen getroffen voor de grootscheepse hervorming van het pensioenstelsel. Straks bouwt iedereen pensioen op via een premieregeling. Dat geld wordt vervolgens belegd. Nederlanders krijgen daarbij wat meer te kiezen. Ze kunnen ook zien hoe hoog de inleg in hun pensioen is en hoe hun persoonlijke pensioenvermogen ervoor staat.
Verder is het de bedoeling dat de pensioenen meer met de beleggingsresultaten van fondsen meebewegen. Daardoor kunnen de pensioenen sneller omhoog in economisch goede jaren, maar ook sneller gekort in slechtere tijden.
Een gezonde financiële positie maakt een soepele overgang naar dit nieuwe systeem een stuk makkelijker, legt PME-bestuurder Eric Uijen uit. Daarmee lijken de fondsen dus op de goede weg. "Maar we zijn er nog niet. We leven in een turbulente wereld vol conflicten. In anderhalf jaar tijd kan er nog veel gebeuren", waarschuwt Uijen.