Polen en Hongarije hebben als enige van de 27 EU-lidstaten tegen een vrijwillig gasbesparingsplan gestemd dat tot 31 maart volgend jaar moet leiden tot minstens 15 procent minder gasconsumptie door burgers en bedrijven. De ruime meerderheid stemde wel voor het bindende wetsvoorstel van de Europese Commissie, blijkt uit de definitieve documenten over het akkoord dat de klimaat- en energieministers vorige week sloten tijdens een spoedzitting in Brussel.
Er was aanvankelijk slechts één land dat zich openlijk tegen het noodplan zou hebben verzet, namelijk Hongarije. Het plan werd flink afgezwakt om tegensputterende landen aan boord te krijgen, maar dat was blijkbaar toch ook onvoldoende voor Polen. De verordening gaat nadat die een dezer dagen verschijnt in het Publicatieblad van de Europese Unie onmiddellijk in, met terugwerkende kracht tot 1 augustus. Als de energiezekerheid in gevaar dreigt te komen, kunnen de lidstaten bovendien besluiten om verplichte besparingsmaatregelen in te voeren.
Het noodplan met de naam Save gas for a safe winter (Spaar gas voor een veilige winter) werd vorige maand door de commissie op tafel gelegd omdat ze er geen vertrouwen in heeft dat het Russische gas zal blijven vloeien. De wet moet voorkomen dat huishoudens en essentiële voorzieningen als ziekenhuizen letterlijk in de kou komen te zitten als Rusland de gaskraan volledig zou dichtdraaien.
De vrijwillige besparing van 15 procent in elke lidstaat moet worden gehaald ten opzichte van de gemiddelde gasconsumptie in de afgelopen vijf jaar. De landen kunnen zelf bepalen hoe ze dat doel willen bereiken. Er komt een waarschuwingsmechanisme, Union Alert gedoopt, als er desondanks een groot gastekort ontstaat of de vraag te groot is. In dat geval kan tot verplichte maatregelen worden overgegaan. Er zijn wel allerlei uitzonderingen voor die verplichting, bijvoorbeeld voor landen die niet zijn aangesloten op gasnetwerken van andere landen of voor landen die ingevoerd gas vooral doorgeven aan andere landen.