Het Chinese techconcern Huawei heeft vorig jaar geprofiteerd van de zwakkere verkopen van de iPhone van Apple op de grote Chinese markt en van de lancering van zijn nieuwe smartphone Mate 60 Pro. Mede daardoor wist Huawei de winst fors op te voeren, ondanks de Amerikaanse sancties tegen het bedrijf wegens verdenking van spionage voor de Chinese overheid.
De nettowinst van het in Shenzhen gevestigde Huawei bedroeg vorig jaar 87 miljard yuan (11,2 miljard euro). Dat is meer dan een verdubbeling van de winst vergeleken met een jaar eerder. De omzet ging met bijna 10 procent omhoog tot omgerekend ruim 90 miljard euro.
Huawei zorgde in augustus vorig jaar voor opschudding in Washington met de lancering van de Mate 60 Pro. Die smartphone maakt gebruik van technologie die de Amerikanen juist uit de handen van China proberen te houden. De Amerikaanse overheid startte daarop een officieel onderzoek naar de geavanceerde, in China gemaakte chip die wordt gebruikt in de telefoon van Huawei.
Die nieuwe populaire smartphone zorgde ook voor goede verkopen in China. Apple kampt daar juist met tegenwind door de felle concurrentie van onder meer Huawei en met een verbod voor Chinese overheidsmedewerkers om iPhones mee te brengen naar het werk.
Huawei is verder ook een belangrijke leverancier van apparatuur voor telecomnetwerken. Verder maakt het concern ook steeds meer werk van cloud computing. Daarbij snoept Huawei marktaandeel af van Chinese concurrenten als Alibaba en Tencent.
Huawei heeft sinds 2019 te maken met handelsbeperkingen die zijn opgelegd door de Verenigde Staten. Washington beticht Huawei en andere Chinese techbedrijven ervan via achterdeurtjes in hun technologie spionage mogelijk te maken, iets wat Huawei altijd ontkent. Ook Canada, Australië, het Verenigd Koninkrijk, Japan en Zweden hebben het gebruik van telecomapparatuur van Huawei verboden of beperkt. In Nederland levert Huawei geen kernapparatuur meer voor 5G-netwerken.