De oplopende prijzen voor energie en voedingsmiddelen kunnen zorgen voor sociale onrust in Afrikaanse landen. Volgens het Internationaal Monetair Fonds (IMF) zorgt de oorlog in Oekraïne er mede voor dat de prijzen nog harder aan het oplopen zijn.
Volgens het IMF, dat waakt over de stabiliteit van het internationale monetaire systeem, kan een sterke stijging van de prijzen de voedselzekerheid in de regio ondermijnen. Daardoor kan de armoede toenemen en wordt de inkomensongelijkheid groter. Het IMF meldt zijn bevindingen in zijn jaarlijkse Regional Economic Outlook voor Afrika ten zuiden van de Sahara.
In de meeste landen in de sub-Sahara regio is de economische groei al vertraagd ten opzichte van vorig jaar. Door de stijgende kosten van graan en brandstof zal dit nog erger worden, aldus het IMF. "De oorlog verergert enkele van de dringendste beleidsuitdagingen van de regio, waaronder de sociale en economische littekens van de coronapandemie, veiligheidsrisico's in verschillende landen en de uitdagingen van de klimaatverandering."
De groei van het bruto binnenlands product in de Afrikaanse landen bedroeg in 2021 4,5 procent. Daarmee is de groei groter dan bij een eerdere raming toen nog van 3,7 procent groei werd uitgegaan. Voor dit jaar wordt volgens het IMF rekening gehouden met vertraging tot 3,8 procent.
Afrika is voor 85 procent van zijn tarweconsumptie afhankelijk van de invoer. De afhankelijkheid is vooral groot in Tanzania, Ivoorkust, Senegal en Mozambique, aldus het rapport. In Botswana, Lesotho, Mauritius en Kaapverdië zijn ingevoerde tarwe, rijst en maïs goed voor meer dan 40 procent van de calorie-inname van de bevolking, aldus het IMF. De organisatie merkt verder op dat de voedselonzekerheid al groot is in landen van de Sahel waar al conflicten zijn. Dat geldt ook voor Madagaskar en in de Democratische Republiek Congo.
Tijdens een vorige voedselcrisis in 2008, braken er in verschillende landen rellen uit. Dat was met name in Senegal het geval. Ook in delen van Azië en het Caribisch gebied kwam het toen tot onrust. Volgens de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO) zijn er parallellen te zien tussen toen en nu met de scherpe stijging van de kosten voor voedsel, brandstof, meststoffen en vervoer. Landen waren in 2008 wel beter toegerust om schokken op te vangen, zo klinkt het. Door de hogere schulden is de speelruimte van overheden nu minder.