De inflatie in Duitsland, de grootste economie van Europa, is deze maand gedaald tot 3,2 procent ten opzichte van dezelfde maand vorig jaar. In oktober bedroeg de inflatie nog 3,8 procent, zo blijkt uit voorlopige cijfers van het Duitse federale statistiekbureau.
De inflatie in Duitsland is, net als in andere Europese landen, langzaam aan het afnemen. De prijsstijgingen waren sinds juni 2021 niet meer zo klein als in de afgelopen maand.
Dat komt vooral door de gedaalde energieprijzen. Vorig jaar werd energie fors duurder door de oorlog in Oekraïne en de sterke afname van de gasleveringen van Rusland aan Europa. Inmiddels zijn de energieprijzen een stuk lager dan vorig jaar.
Het Duitse nationale statistiekbureau Destatis wijst er ook op dat de prijzen voor eten en drinken niet meer zo hard stegen als in voorgaande maanden. Voedingsmiddelen werden weliswaar 5,5 procent duurder, maar dat is veel minder dan de prijsstijgingen van gemiddeld 9 procent in augustus.
Centralebankiers in de Eurozone waarschuwen desondanks voor te vroeg optimisme. Het is namelijk nog onzeker of die trend omlaag blijft voortduren, zei Bundesbank-president Joachim Nagel onlangs. Eerder deze week zei Christine Lagarde, president van de Europese Centrale Bank (ECB), dat de prijzen in de eurolanden nog altijd te hard stijgen. Ook hield ze rekening met een opleving van de inflatie na december.