De prijzen in de eurolanden zijn in juni minder hard gestegen dan in de voorgaande maand. Dat komt vooral doordat gas en elektriciteit goedkoper waren dan een jaar eerder. Voedingsmiddelen, alcohol en tabak stegen nog altijd hard in prijs.
De inflatie kwam in juni uit op 5,5 procent, meldt Europees statistiekbureau Eurostat op basis van een eerste raming. In mei gingen de prijzen in de eurozone in doorsnee nog 6,1 procent omhoog.
Ook in Nederland nam de inflatie af. Volgens de Europese meetmethode werd het dagelijks leven hier 6,4 procent duurder in vergelijking met juni 2022. In mei was dat nog 6,8 procent. Tussen mei en juni daalden de prijzen in doorsnee met een half procent, meldt Eurostat.
Prijzen gingen in 2022 flink omhoog. Door de inval van Rusland in Oekraïne werden gas, olie en andere grondstoffen duurder. Ook nu ligt de inflatie nog altijd ver boven de doelstelling van de Europese Centrale Bank (ECB) van rond de 2 procent. De voorbije maanden ging de ECB de sterke prijsstijgingen te lijf door de rente te verhogen.
De ECB zal waarschijnlijk ook bezorgd zijn over de zogeheten kerninflatie, die in juni juist hoger was dan in mei. De centrale bank kijkt voor zijn beleid vooral naar dit cijfer, dat gecorrigeerd voor de sterk schommelende prijzen van alcohol, voedingsmiddelen, energie en tabak.