De inflatie in het eurogebied is vorige maand stabiel gebleven, ondanks dat de economie van het landenblok flink onder de druk stond door de aanhoudende coronalockdowns. Dat prijzen voor sommige producten hoger konden uitvallen door problemen in de toelevering van producten of onderdelen, werd gecompenseerd doordat bijvoorbeeld de energieprijzen nog altijd lager waren dan een jaar terug.
De inflatie in februari kwam volgens het Europese statistiekbureau uit op 0,9 procent, net als in januari. In die voorgaande maand sprong het algehele prijspeil nog fors op en was de geldontwaarding voor het eerst in maanden niet negatief. Dat kwam onder meer door een toegenomen inflatie in Duitsland, waar eind vorig jaar een tijdelijke verlaging van de btw afliep.
De inflatie wordt doorgaans nauwlettend in de gaten gehouden door de Europese Centrale Bank (ECB). De beleidsmakers in Frankfurt zien het liefst dat het prijspeil jaarlijks met een kleine 2 procent stijgt, omdat dit in het grote plaatje het meest gunstig zou zijn voor de economie.
Vanwege de uitzonderlijke omstandigheden heeft de ECB evenwel beloofd dit jaar wat minder strikt op de inflatieontwikkeling te handelen. De centrale bankiers zullen nog zeker tot en met maart volgend jaar doorgaan met hun extra steunmaatregelen voor de economie. Het duurt waarschijnlijk nog even voor de eurozone economisch gezien weer op hetzelfde niveau zit als voor het begin van de crisis.