Nederlanders hebben vorig jaar meer tweedehands auto's gekocht dan ooit. Tegelijkertijd bereikte de verkoop van nieuwe auto's het diepste punt sinds 1967. Die populariteit van oudere auto's zit de verduurzaming van het Nederlandse wagenpark dwars, waarschuwen economen van ING.
Occasions zijn volgens kenners van de bank altijd al populair geweest in Nederland, onder andere omdat hiervoor geen aanschafbelasting (bpm) geldt. Maar door grote chiptekorten in de auto-industrie was het vorig jaar ook voor kopers die wel een nieuw exemplaar wilden kopen moeilijk omdat het aanbod veel kleiner was.
Hierdoor zakte de verkoop van nieuwe auto's met 9 procent in ten opzichte van 2020 tot een totaal van 322.843 stuks. Tegelijkertijd verkochten dealers 1,3 miljoen tweedehands auto's. Daardoor veroudert het Nederlandse wagenpark alleen maar verder, zegt sectoreconoom Rico Luman. "De gemiddelde leeftijd van auto’s is begin 2021 gestegen naar elf jaar en een op de vier auto’s is ouder dan vijftien jaar. Oudere auto’s maken meer kilometers dan voorheen en dat remt de verduurzaming."
Een oplossing om meer nieuwe elektrische of in ieder geval zuinigere auto's de weg op te krijgen zit volgens hem in een speciale vorm van rekeningrijden. Daarbij zouden bezitters van vervuilende auto's per afgelegde kilometer bijvoorbeeld meer moeten betalen dan mensen met schonere auto's.
ING verwacht dat de verkoop van nieuwe auto's dit jaar weer aantrekt, ondanks dat de chiptekorten nog aanhouden in de auto-industrie. Voor 2022 rekent de bank op 370.000 verkochte nieuwe auto's, 22 procent meer dan vorig jaar. Daarvan zal een groter deel elektrisch zijn dan vorig jaar, geholpen door nieuwe subsidies voor particulieren die stekkerauto's onder de 45.000 euro kopen.