De schade aan de Nederlandse schatkist door de coronacrisis is minder groot dan in andere landen van de eurozone. Dat zegt ING in een analyse van overheidsfinanciën. Volgens de bank werd de schade vooral beperkt door de minder sterke economische krimp in Nederland vergeleken met andere landen.
Ook bleef de Nederlandse economie sterker door de minder strikte lockdowns in ons land vergeleken met andere eurolanden, zegt ING. Verder speelt ook mee dat Nederland een kleinere toeristische sector heeft dan andere landen in Europa. Het wegblijven van toeristen zorgde in onder meer Spanje, Italië en Griekenland voor zware klappen voor de economie.
De schuldquote van de Nederlandse overheid, oftewel de staatsschuld als percentage van het bruto binnenlands product (bbp), is volgens de bank met 12 procent gestegen tijdens de crisis, vanwege de economische steunpakketten tegen de pandemie. Volgens ING ontwikkelt die schuldquote alleen in drie andere eurolanden, namelijk Finland, Ierland en Luxemburg, naar verwachting tot en met dit jaar zich iets gunstiger.
In landen als Griekenland, Malta, Cyprus, Spanje, Italië maar ook Oostenrijk loopt die schuldquote juist harder op. ING wijst erop dat een aantal van die landen, met name Griekenland, Spanje en Italië, al voor de crisis een hoge schuld hadden. "De zuidelijke landen hebben echt pech gehad dat het virus juist hun grote toeristische sector raakte", stelt ING-econoom Marieke Blom in het onderzoek met de naam Prinsjesdagrapport.