Italiaanse rechter spreekt Shell en Eni vrij van corruptie

17 mrt 2021, 17:35 Zakelijk
italiaanse rechter spreekt shell en eni vrij van corruptie
ANP
Olie- en gasconcern Shell heeft zich niet schuldig gemaakt aan corruptie bij de aanschaf van exploitatierechten voor een olieveld voor de Nigeriaanse kust. Een rechter in Milaan sprak Shell, samen met de Italiaanse branchegenoot Eni, vrij van deze beschuldiging. Ook voormalige en huidige bestuurders van Shell en Eni, onder wie topman Claudio Descalzi van het Italiaanse olie- en gasconcern, werden vrijgesproken.
Het vonnis woensdag volgde na een zaak die ruim drie jaar in beslag nam. Aan de uitspraak van de rechter gingen 74 zittingen vooraf. Voor de aanschaf van exploitatierechten telden Shell en Eni in 2011 omgerekend 1,3 miljard euro neer. Rond de transactie hing een zweem van corruptie, omdat de Nigeriaanse regering de opbrengst zou hebben doorgesluisd naar een bedrijf dat eigendom was van een omstreden oud-olieminister.
Volgens de aanklagers was iets minder dan 1,1 miljard dollar weggesluisd naar politici en tussenpersonen. De aanklagers hadden boetes geëist tegen Shell en Eni van 900.000 euro per bedrijf. Tegen Descalzi werd een gevangenisstraf van acht jaar geëist, net als tegen oud-Eni-baas Paolo Scaroni. Bij voormalig Shell-bestuurder Malcolm Brinded, die destijds aan het hoofd stond van de exploratie- en productietak van Shell, ging het om een eis van zeven jaar en vier maanden.
Shell, Eni en de genoemde personen hebben altijd ontkend dat er iets verwijtbaars is gebeurd. In 2011 bereikte Shell een overeenkomst met de regering van Nigeria en Eni om een geschil met betrekking tot het veld te schikken. De Nigeriaanse regering had eerder hetzelfde blok afzonderlijk toegewezen aan twee verschillende partijen: Shell en Malabu. Met de schikking zouden alle hobbels voor de ontwikkeling van het veld zijn gladgestreken. Maar tot nu is het blok nog steeds niet ontwikkeld.
Topman Ben van Beurden van Shell zegt in een reactie blij te zijn met de beslissing van de rechtbank. "We hebben altijd gesteld dat de schikking van 2011, die bedoeld was om een tien jaar durend juridisch geschil op te lossen en de ontwikkeling van het blok mogelijk te maken, wettig was", zo sprak hij. "Tegelijkertijd is dit voor ons een moeilijke leerervaring geweest." Volgens Van Beurden wordt in dit soort kwesties namelijk niet alleen gekeken of een bedrijf als Shell de regels volgt, maar ook of wordt voldaan aan de bredere verwachtingen die in de samenleving heersen.