De Zweedse kledingketen Hennes & Mauritz (H&M) verwacht dat de verkopen deze maand tot 6 procent lager kunnen uitvallen dan een jaar geleden. De daling is onder meer het gevolg van de sluiting van de winkels in Rusland vanwege de oorlog in Oekraïne en de verstoringen in de toeleveringsketen. Dat meldde het bedrijf bij de publicatie van de winstcijfers over het tweede kwartaal.
H&M zag de nettowinst in het tweede kwartaal, dat liep tot eind mei, met 33 procent groeien tot 3,7 miljard Zweedse kroon, omgerekend zo'n 350 miljoen euro. Dat was meer dan analisten hadden verwacht. Het bedrijf maakte eerder al bekend dat de omzet in het afgelopen kwartaal met 17 procent is gestegen, ondanks de hoge inflatie die de koopkracht van consumenten raakt.
Vanwege de hoge inflatie zijn huishoudens voorzichtiger geworden met het doen van aankopen, maar daar lijkt H&M tot nu toe geen grote hinder van te ondervinden. Het bedrijf liet daarbij weten zijn marktpositie te willen versterken door de prijzen minder sterk te verhogen dan concurrenten.
Wel kampte de kledingketen afgelopen kwartaal nog met de coronalockdowns in China. Het concern verklaarde dat er nog altijd sprake is van verstoringen en vertragingen in de toeleveringsketen, maar dat die wel geleidelijk afnemen.
H&M besloot kort na de Russische invasie van Oekraïne zijn winkels in Rusland, Belarus en ook Oekraïne te sluiten. Het ging in totaal om 185 winkels. Rusland was de zesde markt voor H&M en goed voor circa 4 procent van de omzet. Het bedrijf wil nu vooral in Latijns-Amerika de uitbreiding van het aantal winkels versnellen.