De aandelenbeurzen in New York zijn dinsdag met beperkte koersuitslagen gesloten, na de records van een dag eerder. Beleggers op Wall Street bleven vooral gespitst op de verdere ontwikkelingen in de Chinees-Amerikaanse handelsoorlog en verwerkten wat bedrijfsresultaten en macro-economische gegevens.
De Dow-Jonesindex eindigde 0,1 procent hoger op 27.492,63 punten. De brede S&P 500 daalde 0,1 procent op 3074,62 punten en de technologiegraadmeter Nasdaq ging een fractie omhoog tot 8434,68 punten.
In de markten wordt altijd nog rekening gehouden met een snelle ondertekening van een eerste fase van een handelsakkoord tussen de Verenigde Staten en China. Toch lijken de Chinezen niet zomaar bij het kruisje te willen tekenen. Peking zou van Washington onder meer eisen dat importheffingen op Chinese goederen worden teruggedraaid en dat er een pauze wordt ingelast in de handelsoorlog.
Kroger ging ruim 11 procent vooruit. Het supermarktconcern kwam tijdens een beleggersdag met beter dan verwachte prognoses. De verwachte winst per aandeel volgend jaar viel daarbij hoger uit dan waar analisten in doorsnee rekening mee hielden.
Taxibedrijf Uber Technologies stelde in zijn update teleur als het gaat om het aantal actieve gebruikers en leverde 10 procent in. Wel zette Uber een hogere omzet in de boeken in het afgelopen kwartaal en kwam de onderneming met de belofte van zwarte cijfers in 2021.
Olie- en gasconcern Chesapeake Energy ging 18 procent onderuit na tegenvallende cijfers en vooruitzichten. Het bedrijf kwam ook met een waarschuwing over zijn schuldenlast. De maker van fitnessapparatuur Peloton Interactive verloor 7,6 procent vanwege een cijferbericht dat niet goed viel. Softwareproducent Adobe, bekend van Photoshop, kreeg er 4,3 procent bij dankzij positieve vooruitzichten. Farmaceut Mylan daalde juist 10 procent door tegenvallende prognoses.
Drogisterijketen Walgreens Boots Alliance klom 2,6 procent na berichten dat het bedrijf een deal onderzoekt om van de beurs te gaan.
Verder meldde marktonderzoeker ISM dat de bedrijvigheid in de Amerikaanse dienstensector in oktober is aangetrokken, na de dip een maand eerder.
De euro noteerde 1,1072 dollar, tegen 1,1067 dollar in Europa. Een vat Amerikaanse olie kostte 1,1 procent meer op 57,16 dollar. Brentolie werd 1,3 procent duurder op 62,92 dollar.