Minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) geeft zijn strijd voor een zo kort mogelijke duur van een werkloosheidsuitkering voor arbeidsmigranten in de EU, de zogeheten WW-export, niet op. "We gaan moedig voorwaarts", zei hij na afloop van een vergadering in Brussel, waar hij ervoor pleitte de kwestie uit het slop te halen.
Koolmees werd gesteund door Luxemburg, Denemarken, Duitsland en Oostenrijk. De WW-export is onderdeel van een pakket maatregelen om de socialezekerheidsstelsels in de EU beter op elkaar af te stemmen. In maart was er een politiek akkoord bereikt maar kort daarna bleek dat elf lidstaten te grote bezwaren hadden. Vervolgens werd de kwestie door het Europees Parlement over de zomer heen getild en sindsdien zitten de onderhandelingen over de nieuwe wetgeving muurvast.
Op tafel ligt een voorstel om een arbeidsmigrant die na minstens een maand werken onvrijwillig werkloos wordt, het recht te geven zijn WW zes maanden mee te nemen naar eigen land als er voldoende arbeidsverleden is opgebouwd. In de huidige regeling is dat na één dag werken met recht op drie maanden WW-export. Nederland is tegen de verlenging tot zes maanden.