De aandelenbeurzen op Wall Street zijn dinsdag met verliezen aan de beursdag begonnen. Beleggers kregen een reeks bedrijfsresultaten te verwerken van onder meer industriële concerns als General Electric (GE) en 3M, maar ook van pakketbezorger UPS. Tegelijkertijd werden Chinese bedrijven met een notering in New York lager gezet als gevolg van een voortdurende Chinese aanpak van techbedrijven.
Verder kijken de beleggers ook vooruit. De Federal Reserve begint aan zijn tweedaagse beleidsvergadering. Naar verwachting komt daar geen aanpassing aan de rente of het coronasteunprogramma uit, maar mogelijk blijkt uit de toelichting wel iets over de toekomst. Ook barst dinsdag na het sluiten van de beurs pas het echte cijfergeweld los. Dan komen techbedrijven als Apple, Google-moeder Alphabet en Microsoft met hun resultaten.
De Dow-Jonesindex stond enkele minuten na opening 0,5 procent in de min op 34.955 punten. Ook de breed samengestelde S&P 500 ging omlaag. Die noteerde een neergang van 0,4 procent tot 4404 punten. Techbeurs Nasdaq daalde 0,5 procent en stond op 14.763 punten.
GE (plus 1 procent) liet weten tekenen van herstel in de vliegtuigbranche te zien. Vliegtuigmaatschappijen durven weer in nieuwe toestellen te investeren en daar profiteert GE van met zijn tak die vliegtuigmotoren bouwt en onderhoudt. Ook bij andere onderdelen steeg het aantal orders en GE voerde de omzet voor het eerst sinds de coronacrisis op.
3M zag bij alle onderdelen de omzet stijgen. De maker van onder meer mondkapjes en Post-it-briefjes werd ook positiever over heel het jaar, maar werd door beleggers toch ruim 2 procent lager gezet. Pakketbezorger UPS (min 8,2 procent) groeit opnieuw dankzij het thuiswinkelen, dat sinds corona een enorme opgang maakte.
Maker van elektrische auto's Tesla werd dik 1 procent lager gezet. Het bedrijf boekte wel voor het eerst meer dan 1 miljard dollar winst in een kwartaal en was ook voor het eerst winstgevend zonder de verkoop van emissierechten.
Chinese toezichthouders hebben al geruime tijd veel aandacht voor met name techbedrijven. De Aziatische beurzen gingen daardoor al onderuit en ook Chinese bedrijven op Wall Street zoals JD.com en Alibaba stonden tot 3 procent in het rood.