De aandelenbeurzen in New York zijn vrijdag met verliezen aan de laatste sessie van de week begonnen. Daarmee volgen de graadmeters op Wall Street het voorbeeld van de beurzen in Azië en Europa. Tegenvallende Chinese exportcijfers drukten het sentiment. Beleggers verwerken verder het teleurstellende maandelijkse banenrapport van de Amerikaanse overheid.
De leidende Dow-Jonesindex noteerde kort na de openingsbel 0,8 procent lager op 25.275 punten. De brede S&P 500 verloor 0,8 procent tot 2726 punten en technologiegraadmeter Nasdaq speelde dik 1 procent kwijt tot 7341 punten.
De banengroei in de Verenigde Staten viel in februari vrijwel stil, waar werd gerekend op groei. Het rapport wordt door beleggers doorgaans scherp in de gaten gehouden, omdat de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt van invloed kunnen zijn op het monetaire beleid van de Federal Reserve.
Verder blijven handelsgesprekken tussen de VS en China de gemoederen bezighouden. Nog altijd is er geen datum geprikt voor een topbijeenkomst om een akkoord tussen de economische grootmachten te bezegelen. Bedrijven die afhankelijk zijn van de handel met China zoals vliegtuigbouwer Boeing en chipbedrijven als Nvidia, AMD en Micron Technology lieten een min noteren.