De loonafspraken die vakbonden en werkgevers in maart met elkaar hebben gemaakt zijn weer op het niveau van voor de coronacrisis. De AWVN, naar eigen zeggen de belangrijkste adviseur van Nederlandse werkgevers voor arbeidsvoorwaarden, spreekt van een gemiddelde loonstijging van 3,1 procent. Ook het jaargemiddelde kruipt richting de 3 procent.
De AWVN waarschuwde een maand eerder nog dat de oorlog in Oekraïne ervoor zal zorgen dat onderhandelingen stroever zullen verlopen. De organisatie is dan ook enigszins verbaasd over het hoge aantal cao-akkoorden dat in maart is afgesproken.
Vorig jaar stegen de lonen in cao-akkoorden in doorsnee met 2,1 procent. In december 2019, voor de coronacrisis was de gemiddelde loonstijging gelijk aan die van maart dit jaar, namelijk 3,1 procent.
Volgens een zegsman van de AWVN lijkt er bij de onderhandelende partijen een soort van realiteitszin te zijn ingedaald. Vanuit de werknemers is er berusting dat de hoge inflatie en de daling van de koopkracht niet geheel door de werkgever opgehoest kan worden. Andersom is er een besef dat de kosten stijgen.
Ook is er volgens de AWVN besef dat de lonen niet te hard kunnen stijgen. Dat zou ten koste kunnen gaan van andere investeringen waar bedrijven voor staan. Dat raakt op termijn ook aan de werkgelegenheid.
Er zijn dit jaar alles bij elkaar 385 aflopende cao's in Nederland. Daaronder vallen volgens AWVN in totaal 2,7 miljoen werknemers. Vorige maand werden er 23 cao's gesloten.