De arbeidsmarkt komt redelijk goed door de coronapandemie. Tot 2026 komen er meer dan 2 miljoen banen bij, terwijl 1,6 miljoen mensen afstuderen en de banenmarkt op komen, onderzocht de Universiteit Maastricht. Wel verschillen de baankansen tussen richtingen. In techniek, zorg en onderwijs zijn de meeste kansen op een baan. De vooruitzichten op de arbeidsmarkt zijn wel minder gunstig dan voor de pandemie.
Voor hogeropgeleiden zijn de vooruitzichten op de arbeidsmarkt het best. Afgestudeerden van een opleiding economie en maatschappij komen minder makkelijk aan het werk, over alle niveaus van deze opleiding. Er worden wel veel banen verwacht in bedrijfseconomische en administratieve beroepen, net als in de dienstverlening, commerciële beroepen zoals verkopers, en de transport en logistiek. Daar staat echter ook veel aanbod tegenover.
Volgens Didier Fouarge, onderzoeksleider en directeur van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) dat het onderzoek uitvoerde, betekent dit dat afgestudeerden in deze richtingen langer moeten zoeken naar een baan, of minder gunstige arbeidsvoorwaarden krijgen, zoals een lager salaris of een tijdelijk contract. Fouarge pleit er vanwege de grote verschillen in baankansen tussen studierichtingen voor dat er al op school meer aandacht is voor arbeidsmarktkansen.
Hoewel er veel banen worden verwacht, zijn de prognoses voor de arbeidsmarkt de komende jaren minder gunstig dan voor de virusuitbraak. De vraag naar nieuw personeel komt vooral door mensen die stoppen met hun baan en niet direct door de werkgelegenheid die groeit, aldus het onderzoek. De meeste banen die vrijkomen zijn banen waarvoor een vervanger moet komen. De rest van de banen ontstaat door economische groei.
Ook blijft er in de sectoren waar de meeste kans is op een baan de komende jaren krapte, waardoor werkgevers tot 2026 problemen blijven houden met het werven van voldoende personeel. De boodschap dat techniek een goede baankeuze is, komt nog onvoldoende aan bij studiekiezers, zegt hij.
Daarnaast zorgt de pandemie voor onzekerheid, omdat de korte- en langetermijneffecten ervan nog onduidelijk zijn. Op de middellange termijn spelen behalve de economische groei van nu ook structurele trends in vraag en aanbod een rol, zoals automatisering, de flexibele schil, het bijleren van vaardigheden en de effecten van de pensioenleeftijd. Wat het effect van de pandemie is op deze trends, weten de onderzoekers nog niet.