Techbedrijf Microsoft ging dinsdag op de Amerikaanse aandelenbeurzen omlaag na de bekendmaking dat de Windows-maker gamesbedrijf Activision Blizzard heeft overgenomen. Daar heeft Microsoft zo'n 69 miljard dollar voor over en dat bedrag wordt in contanten voldaan. Ook andere techbedrijven gingen omlaag.
Dat had te maken met de oplopende rentes op de obligatiemarkten. Die zorgen ervoor dat beleggers kiezen voor minder risicovolle aandelen. Daar komt bij dat Wall Street maandag dicht was vanwege Martin Luther King Day en er dus ook een dag handel op de andere beurzen in de wereld werd verwerkt.
Ook Goldman Sachs daalde hard, met 8 procent. Dat gebeurde na de bekendmaking van de kwartaalcijfers van de grote zakenbank. Het financieel concern behaalde in de laatste maanden van vorig jaar veel minder inkomsten uit de handel op financiële markten dan een jaar eerder. De winst van de bank daalde in het vierde kwartaal met 13 procent op jaarbasis. De tak die bedrijven adviseert bij fusies, overnames en beursgangen groeide wel hard en behaalde een 45 procent hogere omzet.
Microsoft ging 1,4 procent omlaag, terwijl Activision Blizzard zo'n 30 procent meer waard werd. Techbedrijven als Apple (min 0,9 procent), Amazon (min 2,4 procent) en Facebook-moeder Meta Platforms (min 3,8 procent) daalden ook.
De Dow-Jonesindex stond na enkele minuten 1,5 procent lager op 35.375 punten. De brede S&P 500 leverde ook 1,5 procent in procent tot 4591 punten en techgraadmeter Nasdaq zakte 2 procent tot 14.602 punten.
Shopify zakte 2,8 procent. Het bedrijf gaat samenwerken met JD.com, een groot webwinkelconcern uit China. Amerikaanse verkopers die via Shopify online hun waren verkopen, krijgen voortaan versneld toegang tot 550 miljoen Chinese klanten via JD.com. De Amerikaanse aandelen van JD.com werden 2,6 procent minder waard.
Aandelen van een ander groot Chinees webwinkelbedrijf, Alibaba, verloren 4,6 procent na mediaberichten over een onderzoek naar zijn clouddivisie. De Amerikaanse regering wil volgens persbureau Reuters nagaan of deze bedrijfstak een risico vormt voor de nationale veiligheid van de Verenigde Staten.
De prijzen voor een vat Amerikaanse olie en Brentolie, de maatstaf voor olie uit Europa, het Midden-Oosten en Afrika, stegen tot het hoogste niveau sinds 2014. De vraag naar olie blijft door het economisch herstel waarschijnlijk hoog en het kartel van olieproducerende landen OPEC veranderde amper iets aan zijn vooruitblik voor de markt.
De euro was 1,1363 dollar waard, tegenover 1,1420 dollar een dag eerder.