Techbedrijf Microsoft en zakenbank Goldman Sachs waren dinsdag twee van de opvallendste bedrijven op Wall Street, waar de grote beursgraadmeters flink terrein prijsgaven. Microsoft maakte bekend gamesbedrijf Activision Blizzard over te nemen voor 69 miljard dollar. Goldman Sachs kwam met cijfers en zag de winst op jaarbasis dalen.
Microsoft (min 2,4 procent) wil met de overname van Activision Blizzard zorgen dat er meer spellen beschikbaar komen voor de eigen spelcomputer Xbox in de strijd tegen de PlayStation van Sony. Tegelijkertijd moet de grotere macht op de gamesmarkt zorgen voor een betere uitgangspositie voor in de metaverse, de virtuele wereld die verschillende techbedrijven als Facebookmoeder Meta Platforms als de toekomst zien. Activision Blizzard, dat geplaagd wordt door beschuldigingen van een cultuur van seksuele intimidatie, steeg haast 26 procent.
Goldman Sachs daalde hard, met 7 procent. Dat gebeurde na de bekendmaking van de kwartaalcijfers van de grote zakenbank. Het financieel concern behaalde in de laatste maanden van vorig jaar veel minder inkomsten uit de handel op financiële markten dan een jaar eerder. De winst van de bank daalde in het vierde kwartaal met 13 procent op jaarbasis. De tak die bedrijven adviseert bij fusies, overnames en beursgangen groeide wel hard en behaalde een 45 procent hogere omzet.
Verder heerste op Wall Street de rentevrees nu de rentes op obligaties blijven stijgen. Die zorgen ervoor dat beleggers kiezen voor minder risicovolle aandelen. Daar komt bij dat Wall Street maandag dicht was vanwege Martin Luther King Day en er dus ook een dag handel op de andere beurzen in de wereld werd verwerkt.
Techbedrijven als Apple (min 1,9 procent), Amazon (min 2 procent) en Facebook-moeder Meta Platforms (min 4,1 procent) daalden ook. Chipbedrijven als Intel, AMD en Qualcomm leverden tot 5,2 procent in.
De Dow-Jonesindex sloot 1,5 procent lager op 35.37568,47 punten. De brede S&P 500 leverde 1,8 procent in procent tot 4577,11 punten en techgraadmeter Nasdaq zakte 2,6 procent tot 14.506,90 punten.
De prijzen voor een vat Amerikaanse olie en Brentolie, de maatstaf voor olie uit Europa, het Midden-Oosten en Afrika, stegen tot het hoogste niveau sinds 2014. De vraag naar olie blijft door het economisch herstel waarschijnlijk hoog. Amerikaanse olie werd 2,8 procent meer waard op 86,14 dollar per vat, Brentolie werd 2 procent duurder, tot 88,21 dollar per vat. Oliebedrijven als Chevron en ExxonMobil stegen tot 1,7 procent.
De euro was 1,1325 dollar waard, tegenover 1,1420 dollar een dag eerder.