General Electric (GE) moet een tegenvaller van 6,2 miljard dollar (5,1 miljard euro) incasseren bij zijn resterende verzekeringsactiviteiten, een erfenis uit het verleden toen de Amerikaanse industriereus er nog een grote financiële tak op na hield. De strop heeft volgens het bedrijf geen gevolgen voor de eigen toekomstplannen en de investeringen die voor dit jaar op stapel stonden.
GE kondigde vorig jaar al aan dat het de kapitaalreserves van zijn verzekeringsbedrijf kritisch tegen het licht zou houden. Behalve de genoemde last, die verwerkt wordt in de resultaten over het vierde kwartaal van 2017, zal GE Capital uitgesmeerd over de komende zeven jaar in totaal circa 15 miljard dollar aan bijstortingen moeten doen. Daardoor hoeft GE tot nader order niet te rekenen op dividend van zijn financiële dochterbedrijf.
Sinds de kredietcrisis heeft GE zijn financiële tak al fors ingekrompen. Het is de bedoeling dat uiteindelijk alleen financiële diensten overblijven die rechtstreeks met de industriële activiteiten te maken hebben, bijvoorbeeld op het gebied van leasing en kredieten waarmee bedrijven machines kunnen aanschaffen.
GE levert technologie op het gebied van onder meer energie, transport, luchtvaart, verlichting en gezondheidszorg. Op dat laatste terrein is het Amerikaanse concern een concurrent van Philips. Het bedrijf is onder leiding van de vorig jaar aangetreden bestuursvoorzitter John Flannery bezig zijn productaanbod verder te stroomlijnen.
,,In een tijd waarin wij als bedrijf stappen vooruit zetten, is een tegenvaller van deze omvang op een verzekeringsportefeuille die we al meer dan tien jaar aan het afbouwen zijn, diep teleurstellend'', zei Flannery in een toelichting.