Duizenden Canadese medewerkers van autoconcern Stellantis, het moederbedrijf van merken als Chrysler, Opel, Peugeot, Jeep en Fiat, zijn in staking gegaan. Ze willen ook een hoger loon, net als hun werkgever afgelopen weekend voor Amerikaans personeel heeft afgesproken.
Bij alle locaties van Stellantis in Canada hebben mensen hun werk neergelegd. Volgens vakbond Unifor zijn er meer dan 8200 mensen in staking. Intussen onderhandelt de vakbond door. "We hebben vooruitgang geboekt en we zullen de hele nacht doorgaan met onderhandelen", zei Unifor in een verklaring. Stellantis assembleert enkele van zijn in Noord-Amerika populairste voertuigen in zijn Canadese fabrieken, waaronder de Dodge Charger, Challenger en de Chrysler Pacifica-minivan.
De gesprekken van Unifor in Canada staan los van de onderhandelingen van de vakbond United Auto Workers (UAW) in de Verenigde Staten. De UAW en Stellantis bereikten afgelopen weekend een voorlopig akkoord, waarin onder meer sprake is van een loonsverhoging van 25 procent. In de Amerikaanse auto-industrie vonden al weken grootscheepse stakingen plaats. Bij Chevrolet-eigenaar General Motors (GM), de enige van de drie grote fabrikanten die het nog niet eens is geworden met de vakbond, werden de stakingen afgelopen weekend zelfs uitgebreid.
Maar ook in Canada roerden medewerkers uit de sector zich al. Unifor organiseerde bij GM in Canada ook al een staking. Kort nadat 4300 personeelsleden het werk hadden neergelegd, werd een deal bereikt met het autoconcern. Bij Ford in Canada dreigde eveneens een staking. Daar lukte het Unifor om vlak voordat de staking uitbrak nieuwe loonafspraken te maken met de werkgever.