Argentinië en Frankrijk strijden zondag in de finale van het WK voetbal om de wereldtitel. Maar er staat meer op het spel voor de finalisten. Volgens een recent onderzoek van de Britse Universiteit van Surrey leidt het kampioenschap namelijk tot economische groei na het toernooi.
Onderzoeker Marco Mello stelt dat er doorgaans sprake is van 0,25 procentpunt extra economische groei in de eerste twee kwartalen na het winnen van de WK-titel.
In zijn onderzoek keek Mello onder meer naar de gevolgen van de wereldtitel voor de export van het winnende land. Die nam toe als gevolg van grotere zichtbaarheid in de wereld. De WK-finale wordt immers door naar verwachting de halve planeet bekeken. Voor Brazilië nam de export bijvoorbeeld "buitensporig" toe na het winnen van het WK in 2002, ziet Mello.
"Als er een van de twee landen zou kunnen profiteren zoals Brazilië destijds, dan is dat Argentinië", stelt Mello. Zo heeft Argentinië een export die vergelijkbaar is met die van Brazilië. "Het effect voor Frankrijk is mogelijk minder uitgesproken omdat dat land de huidige wereldkampioen is. In die zin is de eventuele winst minder een verrassing", aldus de onderzoeker.
Mello brengt wel in herinnering dat niet alle landen economisch wisten te profiteren van het winnen van de wereldbeker. Spanje won die in 2010, toen het land midden in een staatsschuldencrisis zat. Nederland verloor in die finale van Spanje met 1-0.
En daarmee plaatst Mello meteen een kanttekening bij de economische vooruitgang van de winnaar van dit toernooi. Zo kampt Frankrijk met een golf aan stakingen en verkeert het land in een energiecrisis. Argentinië kent op zijn beurt een inflatie die richting de 100 procent gaat. Daarnaast kampt het Zuid-Amerikaanse land met droogte die de export van gewassen volgend jaar dreigt te raken.
"De gestegen kosten voor levensonderhoud en de dreiging van een naderende recessie kunnen de uiteindelijke gevolgen van het winnen van het WK maskeren", aldus Mello, die daarmee de verwachtingen van het winnende land lijkt te temperen.