De economie van Nederland is ook in het derde kwartaal gekrompen. Daarmee blijft ons land technisch in een recessie, waarvan sprake is na minstens twee kwartalen krimp op rij. Het bruto binnenlands product (bbp) daalde 0,2 procent ten opzichte van de voorgaande drie maanden, onder andere doordat bedrijven minder investeerden in machines, gebouwen en vervoersmiddelen.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat het cijfer bekendmaakte, meldde dat energiebedrijven sterk bijdroegen aan de krimp. Waar ze vorig jaar nog flink meer toegevoerde waarde behaalden dankzij de hoge prijzen voor gas en stroom, is dat nu veel minder het geval. Ook bedrijven in sport, cultuur en recreatie droegen het bij aan de krimp.
In het eerste en tweede kwartaal kromp de Nederlandse economie met respectievelijk 0,4 en 0,5 procent. Dat is een iets sterkere neergang dan het CBS eerder berekende.
Het lijkt erop dat de Nederlandse economie ook in het huidige kwartaal zal krimpen, zegt CBS-econoom Peter Hein van Mulligen. "De eerste voortekenen laten een voortzetting zien van eerdere kwartalen. Het consumentenvertrouwen is nog steeds laag en ook in de industrie zie je geen herstel."
Consumenten gaven in juli, augustus en september ongeveer evenveel geld uit als in de drie maanden daarvoor. De overheid voerde de uitgaven aan bijvoorbeeld openbaar bestuur of onderwijs juist op.
Het lijkt er niet op dat Nederland richting een economische crisis gaat, meldt Van Mulligen. "De arbeidsmarkt is nog steeds krap en er zijn weinig faillissementen. Dat is vaak niet zo bij een economische crisis."
Net als eerder dit jaar exporteerde Nederland minder. Maar omdat de inkoop van spullen en diensten uit het buitenland nog harder daalde, droeg de internationale handel toch positief bij aan de omvang van de economie.
Terwijl de Nederlandse economie blijft krimpen, was er op het niveau van de hele Europese Unie juist sprake van 0,1 procent groei. Maar tussen de lidstaten zijn veel verschillen. In Frankrijk en België steeg het bbp bijvoorbeeld met respectievelijk 0,5 en 0,1 procent. Duitsland kende juist 0,1 procent krimp.
Het CBS wijst er tegelijkertijd op dat Nederland veel sneller herstelde van de coronacrisis. In vergelijking met het laatste kwartaal van 2019, vlak voor de uitbraak van de coronapandemie, was de groei in Nederland sterker dan in buurlanden. Dat verschil wordt wel kleiner.