Nederlandse exporteurs zijn door de oorlog in Oekraïne somberder geworden over hun vooruitzichten voor dit jaar. Niet alleen vallen de Oekraïense en Russische afzetmarkten voor een groot deel weg, ook zijn exporterende bedrijven meer geld kwijt door omwegen en duurdere brand- en grondstoffen als gevolg van het gewapende conflict.
Kredietverzekeraar Atradius en ondernemersvereniging evofenedex maken uit een rondvraag onder exporteurs op dat de verwachtingen over de omzet drastisch zijn gedaald. Van de deelnemers aan het onderzoek verwachtte een minderheid van 4 op de 10 exporteurs een omzetstijging in 2022. Dat waren er vorig jaar nog 6 op de 10. De ondernemers die nog wel een omzetstijging verwachten, rekenen er niet meer op dat die hoger zal zijn dan 4 procent. Dat is volgens de onderzoekers een trendbreuk, want de verwachte exportgroei kwam bij eerdere enquêtes nooit onder de 6 procent uit.
"De oorlog en de hieruit voortvloeiende ontwikkelingen zullen ongetwijfeld een enorme impact hebben. De handel in Oekraïne en Rusland maakt weliswaar geen groot deel uit van de totale Nederlandse export, maar veel sectoren, zoals hightech, olie en gas, de chemie, transportsector en voedingsmiddelenindustrie, zullen hierdoor stevig worden geraakt", zegt Bart Jan Koopman, directeur evofenedex.
De belangenbehartiger voor duizenden bedrijven op het gebied van logistiek en handel wijst erop dat bijvoorbeeld brandstof voor goederenvervoer duurder is geworden. Ook moeten exporteurs veel langere routes volgen naar bijvoorbeeld Azië. Zo is het door westerse sancties voor veel vliegmaatschappijen onmogelijk om door het Russische luchtruim te vliegen. Maar ook veel spoorverbindingen van de zogenoemde Nieuwe Zijderoute, tussen China en Europa, lopen door Rusland en zijn nu niet bruikbaar.
Nederlandse ondernemers behaalden vorig jaar nog 9 procent meer omzet uit export dan een jaar eerder. Andere lidstaten van de Europese Unie zijn de belangrijkste afzetmarkten, waarbij buurland Duitsland veruit de belangrijkste handelspartner is. Daarna volgen Frankrijk en België. Gevraagd naar een nieuwe exportmarkt die Nederlands ondernemers zouden willen betreden, noemen ze het vaakst de Verenigde Arabische Emiraten.