Nederlandse industriebedrijven produceerden in april in doorsnee 12,1 procent minder dan een jaar eerder, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het was de vierde maand op rij dat de industriële productie op jaarbasis een krimp liet zien en het was de grootste daling sinds april 2009.
De verschillen tussen industriële bedrijfstakken waren groot, waarbij driekwart van alle bedrijfsklassen in april minder produceerde dan in dezelfde maand een jaar eerder. Van de grotere branches lieten de machine-industrie en de chemische industrie de grootste krimp zien. De reparatie en installatie van machines kende de grootste toename van de productie. Ook in de transportmiddelenindustrie was sprake van een productiestijging.
In vergelijking met de voorgaande maand produceerde de Nederlandse industrie ook minder. Dan gaat het om een daling van 3 procent. Ondernemers in de sector kijken ook minder positief vooruit. Vooral over de orderportefeuille waren ze in mei minder positief.
Ook in Duitsland, een belangrijke afzetmarkt voor de Nederlandse industrie, verslechterde het vertrouwen van ondernemers in de industrie in mei. Zo waren de Duitse ondernemers een stuk negatiever over hun toekomstige bedrijfssituatie en ook minder positief over hun huidige bedrijfssituatie. De gemiddelde dagproductie van de Duitse industrie was volgens statistiekbureau Destatis in april 2,6 procent hoger dan een jaar eerder.