Het tempo waarmee de prijzen in Nederland stijgen, is in juli verder afgenomen ten opzichte van een maand eerder. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van een snelle eerste raming. De inflatie kwam deze maand uit op 4,6 procent. In juni was dat nog 5,7 procent. In die maand maakte het statistiekbureau voor het eerst gebruik van een nieuwe methode om energieprijzen te meten in het inflatiecijfer.
Bij de oude methode werd de prijsontwikkeling gemeten op basis van nieuwe energiecontracten. Bij de nieuwe methode worden transactiedata van energieleveranciers gebruikt, zodat er ook rekening kan worden gehouden met de tarieven van al langer lopende energiecontracten. Dit zorgt volgens het CBS voor een nauwkeuriger inflatiecijfer.
De afname kwam vooral door de prijsontwikkelingen van motorbrandstoffen, die verder daalden. Energie, inclusief motorbrandstoffen, werd 21,6 procent goedkoper na een prijsdaling van 16,3 procent in juni. De prijzen van voedingsmiddelen namen daarentegen wel toe. Zo bedroeg de gemiddelde prijstoename van producten in de supermarkten deze maand 11,6 procent, tegen 12,6 procent in juni.
De prijzen van industriële goederen gingen met 6,3 procent omhoog, tegen 7,3 procent een maand eerder. Diensten werden 5,8 procent duurder, na een prijsstijging van 5,7 procent een maand eerder.
Om een goede vergelijking te maken met andere Europese landen geeft het CBS ook inflatiecijfers volgens de Europese methode, waarin onder meer geen rekening wordt gehouden met de woninghuren. De geldontwaarding kwam dan uit op 5,3 procent, tegen 6,4 procent in juni.
Later op de dag komt het Europese statistiekbureau Eurostat met de inflatiecijfers over de hele eurozone. In juni koelde de inflatie in het eurogebied af tot 5,5 procent op jaarbasis.
Doordat de inflatie nog altijd boven de doelstelling van 2 procent ligt, verhoogde de Europese Centrale Bank (ECB) vorige week de rente opnieuw met een kwart procentpunt tot 3,75 procent. Of de ECB de rente bij de volgende vergadering in september verder zal verhogen hangt volgens de centrale bank af van de dan beschikbare economische cijfers.