Een ruime meerderheid van de Nederlandse huishoudens (73 procent) lijkt de coronacrisis nog niet te voelen in de portemonnee. Voor hen is er sinds het begin van de crisis nog weinig veranderd. Ook maken huishoudens zich minder zorgen over hun inkomen dan twee maanden geleden. Dat meldt het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) op basis van een peiling onder ruim duizend Nederlanders.
Net als in de eerste Nibud-peiling (in april van dit jaar) geeft ook nu een vijfde van de huishoudens aan dat het inkomen sinds het begin van de crisis is gedaald. Opnieuw zijn het vooral de jongeren (tot 35 jaar) die aangeven dat hun inkomen lager is geworden. Wel houden nu minder huishoudens rekening met een inkomensdaling in de komende maanden (12 procent nu tegen 21 procent in april). Het grootste deel van hen denkt dat zij tot 30 procent minder inkomen zullen hebben.
Ook zijn er nu iets minder huishoudens die verwachten de komende tijd moeilijk rond te kunnen komen dan twee maanden geleden. Een kwart van hen geeft aan dat zij dat verwachten, eerder was dat een derde. Minder mensen zijn nu bang dat zij als gevolg van de crisis hun spaargeld moeten opmaken (21 versus 28 procent) of dat ze helemaal geen inkomen meer zullen hebben (13 versus 17 procent). Jongeren tot 35 jaar maken zich echter meer dan gemiddeld zorgen over bijvoorbeeld baanbehoud, inkomen en het opmaken van hun spaargeld.
"De acute steunmaatregelen doen hun werk en dat lijkt zich te vertalen in minder zorgen", constateert Nibud-directeur Arjan Vliegenthart. "Maar de noodmaatregelen zijn tijdelijk van aard, de onderliggende betalingsproblemen vaak structureel. De vraag is nu wat mensen op de lange termijn kunnen verwachten. Hoe wordt de verwachte hausse aan mensen met schulden straks opgevangen? Als er niet ook iets anders gebeurt, is het doorschuiven van de rekening naar later uitstel van executie."