Sportkledingmerk Nike heeft de afgelopen zomer te kampen gehad met fors opgelopen vervoerskosten. Tegelijkertijd moest het bedrijf grotere delen van zijn collecties tegen kortingen verkopen, wat tot een fors lagere winst heeft geleid.
In de drie maanden tot en met augustus boekte Nike een nettowinst van 1,5 miljard dollar, 22 procent minder dan een jaar eerder. Het Amerikaanse kledingmerk slaagde er in het eerste kwartaal van zijn gebroken boekjaar wel in een 4 procent hogere omzet te boeken. Daarbij had het bedrijf last van de sterke dollar. Zonder wisselkoerseffecten zouden de opbrengsten 10 procent zijn gestegen.
Vervoerskosten zijn al langer hoog, doordat internationale logistieke ketens door na-ijleffecten van de coronapandemie verstoord zijn. Daarnaast zijn brandstoffen door de Russische inval in Oekraïne duurder geworden. Dat zet de winstmarges van Nike aardig onder druk, blijkt uit het nieuwe kwartaalbericht.
Behalve van hogere kosten voor vracht, had Nike in China ook last van de strenge coronalockdowns in grote steden. In de voor het merk belangrijke markt daalde de omzet met 16 procent. In Noord-Amerika zag Nike zich gedwongen kleding en sportschoenen flink af te prijzen om overtollige voorraden weg te werken, wat de winstgevendheid ook onder druk zette.