De aandelenbeurs in Japan is maandag fors lager begonnen aan de laatste handelsweek van maart. De andere belangrijke beursgraadmeters in het Verre Oosten gingen eveneens hard omlaag. Net als in Europa en op Wall Street maakten beleggers zich zorgen over de wereldwijde economische groei en zochten ze hun heil in veiligere havens, zoals staatsobligaties en de Japanse yen.
De hoofdindex in Tokio, de Nikkei 225, raakte 3 procent kwijt en eindigde op 20.977,11 punten. Tussentijds tikte de Japanse index het laagste niveau aan sinds 15 februari. Banken en verzekeraars werden van de hand gedaan. Mitsubishi UFJ Financial Group en verzekeraar Dai-ichi Life verloren 3 procent. Het Japanse telecomconcern SoftBank, een zwaargewicht in de index, ging 5 procent onderuit. Robotmaker Fanuc, die relatief gevoelig is voor schommelingen in de economie, zakte 3,8 procent.
De handel in het aandeel Eisai was opnieuw onderbroken vanwege het bereiken van de dagelijkse dalingslimiet. Het Japanse farmaceutische concern en zijn partner Biogen maakten afgelopen week bekend hun gezamenlijke onderzoeken van een medicijn tegen alzheimer te stoppen.
De Hang Seng-index in Hongkong leverde tussentijds 1,9 procent in en de beurs in Shanghai zakte 0,9 procent. De handelsonderhandelingen tussen de Verenigde Staten en China zullen deze week in Peking worden voortgezet. De Kospi in Seoul verloor 1,8 procent en de All Ordinaries in Sydney sloot met een verlies van 1,1 procent.