De olieproducerende landen van de OPEC en bondgenoten als Rusland houden woensdag een belangrijke vergadering. Daar beslissen de landen vermoedelijk dat ze hun productie niet extra willen gaan verlagen. De productieafspraken hebben doorgaans grote invloed op de olieprijzen en bepalen daardoor mede de prijzen bij de benzinepomp.
De olieproducerende landen besloten in oktober nog om tot het einde van 2023 dagelijks 2 miljoen vaten minder olie op te pompen om een daling van de prijzen tegen te gaan. Ze zeiden dat de economisch mindere tijden de vraag naar de grondstof drukten en dat die ingreep daarom gerechtvaardigd was.
Maar in maandelijkse vergaderingen daarna heeft het bondgenootschap, waar Saudi-Arabië de dominante partij is, niet meer extra ingegrepen in de productie. Persbureau Reuters meldde onlangs op basis van ingewijden dat de delegaties van de landen op hun nieuwe vergadering naar verwachting wederom zullen vastgehouden aan het huidige beleid.
Als ze dat inderdaad besluiten zou dat goed nieuws zijn voor Nederlandse automobilisten die benzine tanken. Extra productieverlaging zou de olieprijs namelijk kunnen stutten en dat zou hogere prijzen aan de pomp tot gevolg kunnen hebben.
De laatste tijd lopen de prijzen bij tankstations sowieso weer wat op omdat de prijzen op de oliemarkt weer wat zijn aangetrokken. Half december lag de adviesprijs voor een liter Euro95 volgens consumentencollectief UnitedConsumers op 1,854 euro. Inmiddels is dat 2,009 euro. Doorgaans betalen automobilisten die prijzen alleen langs de snelweg. Bij andere pompen kun je goedkoper uit zijn.