De Europese Centrale Bank (ECB) verwacht dat het tempo van de economische groei in de eurozone dit jaar krachtig zal blijven. Dat stelt ECB-president Mario Draghi in het maandag verschenen jaarverslag van de centrale bank in Frankfurt. Kort na het verschijnen van het verslag ging de euro in waarde omhoog.
Draghi zei ook dat hij erop blijft vertrouwen dat de inflatie zich op de middellange termijn richting de doelstelling van net geen 2 procent zal bewegen. Er spelen evenwel nog steeds allemaal economische onzekerheden. Daarom blijft het volgens de ECB-preses noodzakelijk een ,,geduldig, standvastig en prudent'' monetair beleid te voeren.
De koers van de euro steeg maandagmiddag tot 1,2322 dollar. Rond het middaguur was de Europese munt nog 1,2273 dollar waard. Draghi's woorden laten zien dat de ECB zich niet van zijn stuk heeft laten brengen door enkele tegenvallende macro-economische cijfers die recent naar buiten kwamen. Zo werd onlangs bekend dat de export en de industriële productie in Duitsland in februari een stevige dip lieten zien.
De ECB is nu al jaren bezig om met omvangrijke stimuleringsmaatregelen de economie en inflatie in de eurozone aan te jagen. Door dit beleid bevindt de rente zich bijvoorbeeld op een historisch laag niveau. Ook pompt de ECB maandelijks veel geld in de economie door het opkopen van miljarden aan schuldpapier.
In het jaarverslag zijn de gevolgen hiervan duidelijk te zien. Zo is de omvang van de gecombineerde balans van de ECB en de centrale banken van de eurolanden vorig jaar opgelopen tot bijna 4472 miljard euro, oftewel een kleine 4,5 biljoen euro. Eind 2016 ging het nog om afgerond 3,7 biljoen euro.
Inmiddels lijkt dit ruime monetaire beleid wel zijn langste tijd te hebben gehad. De ECB heeft zijn opkoopprogramma met ingang van dit jaar al flink teruggeschroefd. Kenners rekenen erop dat het programma na september verder wordt afgebouwd. Het ligt in de verwachting dat de ECB dan in de loop van volgend ook de rente voorzichtig weer wat kan gaan opschroeven.