Op de Amsterdamse beurs gaat de aandacht maandag uit naar Philips. Het zorgtechnologieconcern heeft een schikking getroffen voor 1,1 miljard dollar (zo'n 1 miljard euro) aan claims in verband met de slaapapneu-affaire bij het bedrijf. Het gaat om claims over onder meer letselschade als gevolg van Philips' apparaten tegen slaapapneu. Eerder bereikte Philips al een overeenkomst om Amerikaanse patiënten te compenseren voor zogenoemde economische schade door problemen met de apparaten.
Philips kwam in 2021 in de problemen door een grote terugroepactie voor miljoenen apparaten tegen slaapapneu voor thuisgebruik. Isolerend schuim kon bij die apparaten loslaten. Topman Roy Jakobs waarschuwde vorig jaar dat het bedrijf mogelijk nog jaren bezig is met de afwikkeling van de affaire. Als gevolg van de schikking leed Philips in het eerste kwartaal een verlies van bijna 1 miljard euro. Voor het hele jaar rekent het bedrijf nog altijd op een omzetgroei van 3 tot 5 procent.
Beleggers kijken daarnaast uit naar het rentebesluit van de Amerikaanse Federal Reserve, dat woensdag op het programma staat. Onlangs gaf centralebankpresident Jerome Powell aan dat de inflatiecijfers nog onvoldoende vertrouwen boden om de Amerikaanse rente te verlagen.
Veel Europese beurzen, waaronder die in Amsterdam, Parijs en Frankfurt, zijn op woensdag echter dicht vanwege de Dag van de Arbeid. Ook de Chinese beurzen zijn dan gesloten. In Londen en New York wordt op 1 mei wel gehandeld.
De AEX-index lijkt hoger te beginnen aan de verkorte handelsweek. De Aziatische beurzen gingen maandag ook omhoog. De beurzen in Hongkong en Shanghai wonnen 0,9 en 0,8 procent.
In Japan hadden beleggers een vrije dag. De Japanse yen daalde desondanks tot het laagste niveau in 34 jaar ten opzichte van de dollar, voordat de munt weer wat opkrabbelde. De yen staat onder druk door het besluit van de Japanse centrale bank van afgelopen vrijdag om de rente niet verder te verhogen, terwijl een eventuele renteverlaging in de VS langer op zich laten wachten.
Op het Damrak blijven ook chipbedrijf ASMI en verlichtingsconcern Signify in de belangstelling staan. ASMI won vrijdag ruim 7 procent dankzij goed ontvangen resultaten. Signify kelderde daarentegen meer dan 11 procent, na een tegenvallende kwartaalbericht.
De euro was 1,0724 dollar waard, tegen 1,0688 dollar op vrijdag. Een vat Amerikaanse olie daalde 0,8 procent in prijs tot 83,18 dollar. Brentolie werd 0,9 procent goedkoper op 88,71 dollar per vat.