Toenemend protectionisme dreigt de groei van bepaalde Nederlandse innovatieve bedrijven te vertragen, zegt speciaal gezant van Techleap Constantijn van Oranje. Zo voerde de Nederlandse overheid vorig jaar een wet in voor extra controles bij investeringen in bedrijven met belangrijke technologie. Die extra controles kunnen op hun beurt investeerders afschrikken die start-ups van groeikapitaal willen voorzien.
De belangenbehartiger van Nederlandse start-ups heeft het over de 'Wet Vifo', die een veiligheidstoets verplicht stelt bij investeringen in bedrijven met strategisch gevoelige technologie. Maar als die controles te veel tijd kosten, kunnen groepen investeerders afhaken waardoor een start-up uiteindelijk niet meer verder kan, waarschuwt de prins.
"Snelheid is enorm belangrijk. Je ziet dat zo'n bedrijf helemaal klem komt te zitten tussen geopolitieke strubbelingen", zegt hij. "Als zo'n bedrijf er niet meer is, dan kun je zeggen dat je doel is geslaagd omdat het de tegenstander niets heeft opgeleverd. Maar je hebt zelf ook niets. Dat kan niet de oplossing zijn."
Volgens de Techleap-gezant moet Nederland niet naïef zijn en bijvoorbeeld voorzichtig omgaan met kennis over defensietechnologie of cyberveiligheid. Tegelijkertijd moet Nederland wel openblijven voor buitenlandse bedrijven. "Je moet het zo zien, wij zijn een klein land in een grote wereld. ASML in zijn huidige vorm had niet bestaan als zij geen technologie uit Amerika konden kopen", zegt Constantijn. "En helemaal veilig is het nooit, want wetenschap gedijt in een open omgeving. Je kunt niet alles op slot zetten, want dan komt er ook niets van de grond."