Natuurrampen hebben dit jaar zeker 268 miljard dollar (257 miljard euro) economische schade veroorzaakt. Voor minder dan de helft van die ravage waren mensen of bedrijven verzekerd, meldt herverzekeraar Swiss Re. Volgens het Zwitserse financiële concern wijst dit op een grote kloof die wereldwijd bestaat tussen de financiële risico's van natuurrampen en de bescherming die verzekeringen daartegen bieden.
De schade waarvoor slachtoffers van rampen zoals orkanen in de Verenigde Staten, hagelstormen in Frankrijk of overstromingen in Australië wel verzekerd waren bedraagt tot dusver 115 miljard dollar. Daarmee wordt 2022 het tweede jaar op rij waarin de verzekerde schade als gevolg van natuurrampen de 100 miljard dollar overschrijdt.
Volgens Swiss Re, dat als verzekeraar voor verzekeraars optreedt, is de afgelopen tien jaar sprake van een trend waarbij de verzekerde schade als gevolg van natuurgeweld gestaag toeneemt. Het is daarom belangrijk dat verzekeraars hun risicomodellen aanpassen aan een wereld waarin natuurrampen vaker voorkomen en heviger worden.
De orkaan Ian, die in september het westen van de Amerikaanse staat Florida trof, veroorzaakte van alle natuurrampen de grootste schade. Volgens voorlopige schattingen van Swiss Re kostten extreme windstoten en stortregens die met deze orkaan gepaard gingen verzekeraars 50 miljard tot 65 miljard dollar. Alleen orkaan Katrina in 2005 zorgde voor meer financiële schade. Winterse stormen in Europa veroorzaakten in februari 3,7 miljard dollar aan verzekerde schade.
Het Nederlandse Verbond van Verzekeraars waarschuwde eerder dit jaar al dat extreme weersomstandigheden steeds vaker voorkomen als gevolg van klimaatverandering. De schadepieken zijn daarbij steeds hoger. Daarbij doemt ook de vraag op of het nog mogelijk is om de enorme schade te verzekeren die zou kunnen ontstaan bij een stijgende zeespiegel. Eerder deze maand stelde De Nederlandsche Bank dat de toegenomen risico's op bijvoorbeeld overstromingen beter verzekerbaar moeten worden.