De overheid en sectorpartijen hebben nog "blinde vlekken" als het aankomt op afspraken over data om de energietransitie goed te laten verlopen. Dat concludeert het Rathenau Instituut in een nieuw rapport. Volgens het wetenschappelijk instituut zijn digitale technologie en data "essentieel" voor de energietransitie, omdat er zonder data geen stroom is, en zijn er betere afspraken nodig.
Volgens de onderzoekers "is er nog veel werk aan de winkel". Het ministerie van Economische Zaken en marktpartijen maken met name afspraken over het verbeteren van data-uitwisseling, maar er zijn nog geen afspraken over hoe systemen beter met elkaar te laten communiceren, het op de markt brengen van innovaties en te zorgen dat innovaties "bijdragen aan een rechtvaardig en betaalbaar energiesysteem".
Nog niet alle relevante data zijn in beeld, blijkt uit de aanbevelingen in het rapport. Er zijn vooral afspraken over data van slimme meters, maar nog niet over data uit bijvoorbeeld warmtepompen, laadpalen of omvormers van zonnepanelen.
Het Rathenau Instituut maakt zich ook zorgen over de zeggenschap die burgers hebben over hun gegevens. Al die slimme apparaten, zoals thermostaten of elektrische auto's, "verzamelen continu gegevens over de productie van, vraag naar, opslag van of het verbruik van stroom" en daardoor dus ook data over "het gedrag van hun eigenaren". Dat roept ook privacyvragen op, stelt het rapport.
Overheden, bedrijven en burgers moeten weerbaar worden gemaakt voor cyberaanvallen op de stroomvoorziening. Dat kan door bij subsidies voor nieuwe technologieën bijvoorbeeld eisen te stellen aan de veiligheid van apparaten of systemen. Burgers en bedrijven moeten "laagdrempelig informatie" krijgen over "digitale kwetsbaarheden binnen de energievoorziening".
Het instituut benadrukt dat afspraken over data "zorgvuldig" moeten worden uitgewerkt in de nieuwe Energiewet. Ook moeten slimme apparaten zoals warmtepompen en thuisbatterijen veilig zijn en met elkaar kunnen samenwerken. Verder moet de overheid zorgen dat partijen die zelf energie opwekken en verhandelen aan de markt kunnen deelnemen en dat de overheid en energiesector moeten investeren in kennisontwikkeling en opleidingen voor personeel dat nodig is voor de energietransitie.