Records voor Nasdaq en S&P op Wall Street

24 jul 2019, 22:20 Zakelijk
records voor nasdaq en sp op wall street
ANP

De aandelenbeurzen in New York zijn woensdag wisselend gesloten. Techbeurs Nasdaq en de S&P 500 pakten winst en bereikten nieuwe recordstanden. De Dow-Jonesindex daalde juist onder invloed van grote fondsen als vliegtuigbouwer Boeing en machinefabrikant Caterpillar. Ook werd bekend dat het Amerikaanse ministerie van Justitie een onderzoek naar grote techbedrijven is begonnen.

De Dow-Jonesindex sloot 0,3 procent lager op 27.269,97 punten. De brede S&P 500 ging 0,5 procent omhoog tot 3019,56 punten en techbeurs Nasdaq kreeg er 0,9 procent bij, op 8321,50 punten.

Boeing leed in de afgelopen periode een verlies van bijna 3 miljard dollar, na een buitengewone last van 5 miljard dollar vanwege het wereldwijd aan de grond houden van de 737 MAX-toestellen. De vliegtuigbouwer verloor 3,1 procent.

Ook de cijfers van Caterpillar (min 4,5 procent) konden beleggers niet bekoren. De fabrikant van onder meer bulldozers en graafmachines was voorzichtiger over zijn winstverwachting voor het hele jaar. Telecom- en mediabedrijf AT&T behaalde een lagere winst. Het bedrijf voerde zijn omzet wel op en kreeg er 3,6 procent bij.

Snap, het bedrijf achter de populaire app Snapchat, steeg 18,7 procent. Snap heeft in het afgelopen kwartaal de sterkste gebruikersgroei laten zien sinds het bedrijf beursgenoteerd is.

Facebook opent de boeken na het slot van de handelsdag. Het socialemediabedrijf (plus 1,1 procent) heeft een recordboete van 5 miljard dollar gekregen van toezichthouder FTC vanwege verschillende privacyschandalen en betaalt ook 100 miljoen dollar aan beurswaakhond SEC.

Verder werd bekend dat het Amerikaanse ministerie van Justitie een kartelonderzoek naar grote technologiebedrijven is begonnen. Behalve naar Facebook wordt ook naar Apple, Amazon en Google-moeder Alphabet gekeken. Het onderzoek draait om mogelijke concurrentieverstoring. Apple en Alphabet leverden tot 0,7 procent in, Amazon won 0,3 procent.

De euro noteerde op 1,1136 dollar, tegen 1,1143 dollar bij het slot van de Europese beurzen. De prijs van een vat Amerikaanse olie daalde 1,6 procent tot 55,87 dollar. Brentolie kostte 1 procent meer op 63,17 dollar per vat.