De Duitse regering heeft woensdag haar omstreden ontwerpbegroting voor volgend jaar gepresenteerd. In totaal wil de regering van bondskanselier Olaf Scholz bijna 481 miljard euro uittrekken, 8 miljard euro minder dan dit jaar. De begroting wordt nu voorgelegd aan het parlement, waar de financiële plannen kritisch worden beoordeeld.
Verscheidene parlementariërs zijn namelijk ongelukkig met de bezuinigingen die minister Christian Lindner van Financiën oplegt. Hij heeft aangestuurd op een streng leenbeleid, ook wel de 'schuldenrem' genoemd. Daarvan werd eerder afgeweken met het oog op de energiecrisis en de coronapandemie. Critici beweren echter dat enige ruimte nodig blijft voor het aanpakken van de uitdagingen van deze tijd, zoals klimaatverandering, de transitie naar schone energie en het aanpakken van vergrijzing.
Lindner omschreef het akkoord als het "begin van de economische ommekeer" voor Duitsland. "Met ons initiatief voor groei geven we een belangrijke impuls aan het economisch beleid om Duitsland aantrekkelijker te maken als vestigingsplaats", zo stelde hij. "Nieuwe manoeuvreerruimte in de begroting kan alleen worden gecreëerd door meer economische groei."
Rolf Mützenich, fractievoorzitter van Scholz' partij SPD, heeft gezegd dat de optie om de schuldenrem op te schorten nog wel op tafel ligt. Lindner heeft die echter herhaaldelijk uitgesloten.
De regeringscoalitie, bestaande uit de SPD, de Groenen en de FDP, heeft weken onderhandeld over de financiële plannen. De ontwerpbegroting had oorspronkelijk op 3 juli al rond moeten zijn. De Bondsdag stemt naar verwachting in november over de financiële plannen.