Het Russische staatsolieconcern Rosneft wordt geconfronteerd met een leegloop van buitenlandse managers. Vijf buitenlandse vicepresidenten van de grootste oliemaatschappij van Rusland hebben al ontslag genomen, meldt persbureau Reuters op basis van bronnen. Het vertrek van de leidinggevenden komt door de sancties van de Europese Unie, die Europese burgers of Russen die in de EU wonen verbieden om bij Rosneft te werken.
De managers die zijn opgestapt komen uit België, Frankrijk, Ierland, Kroatië en Oezbekistan. Volgens de Rosneft-website kwamen ze alle vijf in 2012 of begin 2013 bij het Russische staatsbedrijf. Rosneft weigerde commentaar te geven. De vijf managers waren niet bereikbaar voor commentaar.
De managers zouden Rosneft enkele dagen voor de nieuwe EU-sancties, die op 15 mei van kracht werden, hebben verlaten. De topman van Rosneft, Igor Setsjin, een nauwe bondgenoot van de Russische president Vladimir Poetin, heeft altijd gezegd dat hij wil concurreren met het Amerikaanse olieconcern ExxonMobil door buitenlandse managers in dienst te nemen en de beste westerse technologie en expertise te gebruiken.
Met de aanscherping van de sancties hoopt de EU de groei bij Rosneft te vertragen en het moeilijker te maken om nieuwe projecten te ontwikkelen, zoals het Vostok-olieproject in Oost-Siberië, een van de grootste olieprojecten sinds de val van de Sovjet-Unie.
De Belgische manager van Rosneft en de leidinggevende uit Kroatië werden eind maart al op de Britse sanctielijst gezet. Het Europees Parlement heeft er ook op aangedrongen dat de voormalige Duitse bondskanselier Gerhard Schröder op de zwarte lijst wordt gezet als hij niet uit het bestuur van Rosneft stapt. Schröder wil zijn functie echter niet opgeven en stelt dat zijn banden met Poetin "essentieel zijn voor de communicatie met een man die de wereld zich niet kan veroorloven te negeren".