De Europese aandelenbeurzen gingen donderdag over een breed front omlaag, na het rentebesluit van de Amerikaanse Federal Reserve een dag eerder. De centrale bank hield de rente in de Verenigde Staten onveranderd, maar een grote meerderheid van de beleidsmakers van de Fed is echter wel voorstander van nog een renteverhoging later dit jaar om de inflatie te bestrijden. Daardoor laaide de rentevrees weer op.
De AEX-index in Amsterdam sloot 0,9 procent lager op 731,72 punten. De MidKap verloor 1,5 procent tot 842,20 punten. Op de beurzen in Frankfurt en Parijs waren minnen tot 1,6 procent te zien. De FTSE in Londen hield de schade beperkt tot een verlies van 0,7 procent. De Britse centrale bank heeft het belangrijkste rentetarief in het Verenigd Koninkrijk ongewijzigd gelaten, na een meevallend inflatiecijfer dat woensdag naar buiten kwam.
In de AEX stond betalingsverwerker Adyen bij de grootste dalers met een min van ruim 5 procent. Het bedrijf kondigde aan zijn betaaldiensten te gaan leveren aan True Alliance. Dat winkelbedrijf verkoopt en distribueert mode-, sport- en outdoorartikelen in Australië en Nieuw-Zeeland. Ook techinvesteerder Prosus, staalconcern ArcelorMittal en medisch-technologiebedrijf Philips waren in de staartgroep te vinden met dalingen tot 5,2 procent. Chipbedrijf ASMI ging aan kop in de hoofdindex op het Damrak met een koerswinst van 1,1 procent.
In de MidKap was apothekentoeleverancier Fagron de sterkste stijger met een plus van 2,2 procent. Maaltijdbezorger Just Eat Takeaway was hekkensluiter bij de middelgrote fondsen op Beursplein 5 met een verlies van 4,5 procent. De aanbieder van postkluisjes InPost, speciaalchemieconcern Corbion, metalenspecialist AMG en laadpalenproducent Alfen gingen tot 4,1 procent onderuit.
In Londen was de Britse websuper Ocado een opvallende daler met een verlies van 20 procent, na een verlaging van het beleggingsadvies door de Franse zakenbank Exane BNP Paribas. Sportwinkelbedrijf JD Sports kwam met beter dan verwachte resultaten en dat werd beloond door beleggers in Londen met een stijging van 9 procent.
De euro was 1,0668 dollar waard, tegen 1,0716 dollar een dag eerder. De prijs van een vat Amerikaanse olie won 0,4 procent tot 89,96 dollar. Brentolie werd iets duurder op 93,61 dollar per vat.