Het merendeel van de Nederlandse bedrijven (82 procent) heeft dit jaar maatregelen genomen om hun bedrijfsvoering duurzamer te maken. Vorig jaar was dat met 79 procent van de bedrijven iets minder, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van een enquête onder bedrijven in de industrie, auto- en detailhandel en de dienstverlening. Bijna 18 procent van de bedrijven heeft dit jaar niet verder verduurzaamd.
Iets minder dan een kwart van de bedrijven heeft vooral verduurzaamd op het gebied van energie. Maatregelen omtrent circulaire economie, ofwel het milieubewust omgaan met grondstoffen en afval, werden door 15 procent genoemd en 8 procent van de bedrijven was bezig met het verminderen van uitstoot. Bijna 36 procent van de bedrijven zegt een combinatie van maatregelen te hebben genomen rond energie, uitstoot of de circulaire economie.
In vervoer en opslag werken bedrijven vaker dan de andere bedrijfstakken aan hun uitstoot. Voor de bedrijfstakken cultuur, sport en recreatie en auto- en detailhandel geldt dit voor energiemaatregelen. En voor de horeca zijn circulaire maatregelen, zoals hergebruik en afvalvermindering, van groter belang.
Voor een kwart van de ondervraagde ondernemers is de afhankelijkheid van derden de belangrijkste belemmering bij het verduurzamen van het bedrijf. Ruim 14 procent noemt een tekort aan financiële middelen als belangrijkste belemmering en 11 procent ziet te weinig voordelen van verduurzaming. Bijna een derde van de bedrijven ervaart geen belemmeringen bij het verduurzamen.
Kleinere bedrijven met tot vijftig werknemers noemen een tekort aan financiële middelen, onbekendheid met de mogelijkheden om verder te verduurzamen en het te weinig zien van de voordelen van verduurzaming vaker als belangrijkste belemmering dan grotere bedrijven.
Bijna 35 procent van de bedrijven beoordeelt hun bedrijfsvoering als grotendeels of helemaal duurzaam. Bijna de helft zegt dat hun bedrijf deels duurzaam werkt, en volgens 15 procent is het bedrijf in kleine mate duurzaam. Het grootbedrijf, bedrijven met 250 of meer werknemers, beoordeelt daarbij de bedrijfsvoering vaker als grotendeels duurzaam dan het midden- en kleinbedrijf.