Recruiter Michael Page moet in Spanje een boete van 240.000 euro betalen. De Spaanse privacytoezichthouder AEPD legt de boete op omdat het bedrijf de regels wat betreft het recht op inzage niet naleefde. De kwestie kwam aan het licht nadat een Nederlandse zich bij de Nederlandse Autoriteit Persoonsgegevens (AP) had beklaagd over de werkwijze van Michael Page.
De Spaanse toezichthouder werkte samen met de AP omdat de beslissing om de gegevens op te vragen door de Spaanse tak van Michael Page werd genomen.
De Nederlandse had zich ingeschreven bij het recruitmentbureau en wilde weten welke persoonsgegevens van haar waren verzameld. Op basis van privacyregels geldt dit recht voor iedereen in Europa. Michael Page wilde de vrouw alleen inzage geven als zij zich zou identificeren door een volledige kopie van haar identiteitsbewijs en van haar verzekeringspas op te sturen. Daarnaast eiste het bureau een kopie van een recente energie- of waterrekening, om te controleren of haar adres klopte.
Daarmee heeft de recruiter "onnodig extra persoonsgegevens" geëist, aldus de AP. De gegevens waren niet nodig om aan te tonen dat de Nederlandse de persoon was die om de eigen gegevens vroeg. Organisaties mogen volgens de AP ook alleen in "zeer uitzonderlijke gevallen" een identiteitsbewijs opvragen, omdat er grote risico's aan kleven, zoals het mogelijk uitlekken van gegevens bij een cyberaanval of een datalek.