De staatsschuld is in het derde kwartaal gedaald ten opzichte van het bruto binnenlands product (bbp) waarmee de omvang van de economie wordt weergegeven. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) becijferde dat de zogeheten schuldquote op 49 procent uitkwam. Eind juni was dat nog 50,8 procent.
In de eerste drie kwartalen van dit jaar hield de overheid 7 miljard euro over. Vorig jaar was er in dezelfde periode nog een tekort op de begroting van 20 miljard euro. Dat kwam onder meer door subsidies die de overheid uitgaf om bedrijven door de coronaperiode heen te helpen. Die vielen dit jaar weg, maar de overheid was wel meer kwijt aan de salarissen van ambtenaren, een regeling om de gasopslag gevuld te krijgen en compensatieregelingen zoals die voor spaarders. Daar stonden echter ook hogere belastinginkomsten tegenover.
Ondanks het overschot op de lopende rekening nam de staatsschuld toe. Eind september had de overheid voor 451 miljard euro aan leningen uitstaan, 2 miljard euro meer dan begin dit jaar. Maar de omvang van de economie ging harder omhoog. Dat kwam onder meer door de inflatie, stellen de statistici.
De schuldquote is nu weer ongeveer op het niveau van voor de coronacrisis. Eind 2019 bedroeg de staatsschuld 48,5 procent van het bbp.