Uitzendbureaus die niet zijn aangesloten bij de brancheorganisaties ABU en NBBU werken op grote schaal mee aan discriminatie. Dat komt naar voren uit een steekproef in opdracht van de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Uit het onderzoek bleek dat 40 procent van de uitzendbureaus meeging met het verzoek om geen uitzendkracht van buitenlandse komaf te sturen.
Dat percentage ligt flink hoger dan bij de uitzendbureaus die lid zijn van de brancheorganisaties. Uit een vergelijkbaar onderzoek kwam eerder naar voren dat 13 procent van de ABU-leden meeging in zo'n verzoek, terwijl dat bij een recent onderzoek van de NBBU op 26 procent lag. Beide organisaties eisen dat hun leden een actief antidiscriminatiebeleid voeren.
"De hoogte van deze percentages geeft aan dat er absoluut nog veel werk te verzetten is", schrijft staatssecretaris Tamara van Ark (Sociale Zaken) aan de Tweede Kamer. Ze heeft eerder de Inspectie al extra geld gegeven om meer inspecteurs aan te trekken. Er komen meer inspecties om "druk op deze sector" te houden om discriminatie tegen te gaan.
Van Ark wil zich daarbij niet alleen richten op uitzendbureaus, maar ook op reguliere werkgevers en bedrijven die een steeds grotere rol krijgen bij werving en selectie zoals recruitmentbureaus en onlineplatforms.