Speelgoedfabrikant LEGO heeft ook in de eerste helft van dit jaar geprofiteerd van thuisblijvende kinderen en ouders die nieuwe bouwpakketten aanschaften. Het Deense bedrijf boekte meer dan twee keer zoveel winst als in dezelfde periode vorig jaar.
In coronajaar 2020 deed LEGO al goede zaken door de toegenomen vraag naar speelgoed bij gezinnen waar kinderen door lockdowns zich vooral thuis moesten vermaken, wat toen bijdroeg aan een recordomzet. Doordat winkels in de loop van dit jaar weer verder open konden na versoepelingen van lockdowns boekte het bedrijf achter de plastic bouwsteentjes verdere omzetgroei.
In de eerste zes maanden van 2021 ging er voor 23 miljard Deense kroon (omgerekend bijna 3,1 miljard euro) aan speelgoed over de toonbank. Dat is 46 procent meer dan een jaar eerder en een nieuw record. Daarop boekte het bedrijf een nettowinst van omgerekend 847 miljoen euro, een stijging van 140 procent.
Die winst had nog hoger kunnen uitvallen als het niet zo duur was om containers te verschepen of grondstoffen in te slaan, meldt LEGO in zijn halfjaarcijfers. Wereldwijd stijgen de prijzen nu door het economisch herstel de gestegen vraag naar zeevervoer en grondstoffen voor schaarste en opstoppingen heeft gezorgd.
Ook in de tweede helft van 2021 verwacht LEGO nog hard te groeien. Daarna zullen huishoudens waarschijnlijk minder gretig LEGO of Duplo inslaan, voorziet topman Niels Christiansen. "Op de langere termijn verwachten we dat de omzetgroei stabiliseert tot houdbare niveaus doordat het uitgavenpatroon weer meer gaat lijken op dat van voor de pandemie."