De aandelenbeurs in Hongkong ging maandag verder omlaag. Vooral de techbedrijven stonden onder druk door het vooruitzicht dat de Amerikaanse centrale bank de rente in de Verenigde Staten later deze week opnieuw flink zal verhogen om de inflatie te bestrijden. Hogere rentes zijn over het algemeen ongunstig voor aandelen en met name voor snelgroeiende techbedrijven.
In Japan, waar de bevolking in het zuiden van het land werd gewaarschuwd voor de krachtige tyfoon Nanmadol, was de beurs gesloten vanwege een nationale feestdag. De beurshandel in Tokio zal deze week in het teken staan van de beleidsvergadering van de Bank of Japan, die in tegenstelling tot de Amerikaanse Federal Reserve de rente naar verwachting ongewijzigd zal laten. Door het oplopende renteverschil tussen Japan en de VS staat de Japanse yen flink onder druk ten opzichte van de Amerikaanse dollar.
De Hang Seng-index in Hongkong noteerde tussentijds 1 procent in de min. Het Chinese webwinkelconcern Alibaba zakte ruim 3 procent en concurrent JD.com verloor 2 procent. Het grote internet- en gamesbedrijf Tencent, waarvan de in Amsterdam genoteerde techinvesteerder Prosus grootaandeelhouder is, daalde 0,9 procent en maaltijdbezorger Meituan leverde dik 1 procent in.
De hoofdindex in Shanghai hield het verlies beperkt tot 0,2 procent. Beleggers verwerkten het nieuws dat de coronalockdown in de Chinese miljoenenstad Chengdu is opgeheven. De olieprijzen gingen licht omhoog door de hoop dat de Chinese vraag naar de brandstof weer zal aantrekken door het einde van de lockdown. De Kospi in Seoul raakte 1,1 procent kwijt en de All Ordinaries in Sydney daalde 0,1 procent.