Luchtvaartmaatschappij KLM maakt te vaak gebruik van vervuilende hulpmotoren op luchthaven Schiphol, vindt de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). De toezichthouder sommeert het bedrijf de uitstoot van onder andere stikstofoxiden en fijnstof door die motoren zo veel mogelijk te beperken. Doet KLM dit niet, dan moet het bedrijf dwangsommen betalen die kunnen oplopen tot 50.000 euro.
De ILT valt over het overmatige gebruik van de zogeheten auxiliary power unit, kortweg APU, die de stroom levert als een vliegtuig stilstaat op het vliegveld. Deze hulpmotor werkt op kerosine en stoot ook schadelijke stoffen uit. Daarom mogen luchtvaartmaatschappijen op Schiphol de APU alleen gebruiken als er geen andere schonere opties voorhanden zijn, zoals een vaste stroomaansluiting. De hulpmotor mag ook vlak voor vertrek of na aankomst draaien en bij extreem warm of koud weer.
Inspecteurs hebben KLM meerdere keren betrapt op het overtreden van die regels, stelt de ILT. Daarover kreeg de luchtvaartmaatschappij al een waarschuwing. Bij iedere nieuwe overtreding moet het bedrijf een dwangsom van 2500 euro betalen, tot een maximaal bedrag van 50.000 euro. Maar de ILT houdt de mogelijkheid open voor een hogere last onder dwangsom.
Naast KLM kregen zeven andere luchtvaartmaatschappijen waarschuwingen omdat ze te vaak vervuilende hulpmotoren inzetten. De ILT sprak ook een afhandelingsbedrijf aan, omdat dit bedrijf onterecht toestemming gaf voor het gebruik van de APU. Luchthaven Schiphol kreeg ook een waarschuwing omdat de communicatie over de regels rond hulpmotoren volgens de ILT onduidelijk was.
KLM noemt het in een reactie "heel belangrijk dat het gebruik van APU's wordt verminderd". "Daarvoor is goed materieel nodig voor de lucht- en stroomvoorziening van vliegtuigen", laat een woordvoerster weten. KLM zegt ook verbeteringen door te voeren bij bijvoorbeeld de instructies voor personeel.