Topbestuurders van bedrijven als Shell, PostNL, Randstad en Philips hebben sinds de jaarwisseling al het jaarloon verdiend dat iemand met het minimumloon zou verdienen. Daarop vestigt vakbond FNV de aandacht vanwege Fat Cat Day, een uit Engeland overgewaaid fenomeen waarbij wordt bijgehouden op welke dag de inkomsten van topmannen en -vrouwen het gemiddelde Britse jaarsalaris overtreffen.
Gemiddeld zouden de volgens FNV veertien invloedrijkste bestuurders in het Nederlandse bedrijfsleven vrijdag al meer hebben verdiend dan een minimumloner in een jaar. Het gaat hier wel om schattingen op basis van hun eerdere beloningen. Koplopers zijn de topman van medisch technologiebedrijf Philips Frans van Houten, Shell-baas Ben van Beurden en topman Frans Muller van supermarktconcern Ahold Delhaize. Zij hadden in de ochtend van 2 januari al een jaarsalaris van een werknemer met het wettelijk minimumloon verdiend. Dat bij komt bij een fulltime dienstverband uit op 20.700 euro voor mensen boven de 21 jaar.
Andere bestuurders in de lijst staan onder andere aan het hoofd van de banken ING en Rabobank, chemieconcern DSM, luchthaven Schiphol en KLM. Volgens de vakbond loopt de ontwikkeling van de koopkracht van mensen met een minimumloon al jaren achter op die van de gemiddelde werknemer. Hoewel de hoogte van het wettelijk minimumloon een politieke zaak is, roept FNV de veertien grootverdieners op om de lonen van hun eigen werknemers te verhogen tot minimaal 14 euro per uur voor zover dat nog niet het geval is.
FNV selecteerde de invloedrijkste bazen onder andere op basis van de vertegenwoordiging van hun bedrijven binnen het bestuur van werkgeversorganisatie VNO-NCW. Ook keek de vakbond naar de contacten die ze hebben met bewindslieden en hun positie op de lijst van invloedrijkste Nederlanders van de Volkskrant.