De Japanse autoproducent Toyota heeft in de maanden van april tot en met september wereldwijd een recordaantal auto's verkocht. Vooral op de Japanse thuismarkt deed het bedrijf goede zaken en werden flink meer voertuigen aan de man gebracht. Ook in Noord-Amerika en Europa stegen de verkopen. In sommige delen van Azië, met uitzondering van Japan, waren de verkopen echter relatief zwak als gevolg van economische vertragingen in landen als Thailand en Indonesië.
Toyota verkocht in de zes maanden tot en met september, de eerste helft van het financiële boekjaar in Japan, wereldwijd zo'n 5,6 miljoen voertuigen. Dat zijn er ruim 8 procent meer dan in dezelfde periode in 2022. De verkoop van geëlektrificeerde voertuigen steeg met 38 procent tot dik 1,8 miljoen.
Toyota kon ook meer auto's afleveren door de afnemende problemen in de aanvoerketen. Eerder kampten veel autofabrikanten nog met tekorten aan onderdelen zoals chips. De wereldwijde productie steeg met 10 procent tot een recordaantal van ruim 5,7 miljoen, inclusief dochterondernemingen Daihatsu Motor en Hino Motors.
De omzet van de autofabrikant in Japan steeg met 34 procent dankzij de afnemende leveringsproblemen van chips. Buiten Japan steeg de verkoop van auto's van het merk Toyota en Lexus met 22 procent het sterkst in Afrika, gevolgd door een groei van 17 procent in het Midden-Oosten. In Noord-Amerika en Europa namen de verkopen met respectievelijk ruim 9 procent en 7 procent toe. De verkopen van Toyota in China stegen met minder dan 1 procent, omdat autokopers daar meer overstappen op elektrische voertuigen.