De Turkse inflatie is in mei opgelopen tot het hoogste niveau sinds 1998. De geldontwaarding kwam uit op 73,5 procent op jaarbasis. Vooral stijgende prijzen van energie en voedsel maakten het leven in Turkije in doorsnee rap duurder. De oorlog in Oekraïne was daar deels debet aan. Turkije is namelijk een belangrijke importeur van olie.
De inflatie was iets minder hoog dan waar kenners in doorsnee rekening mee hadden gehouden. De maandelijkse inflatie was 3 procent. De kerninflatie, waar de sterk schommelende prijzen voor energie en voedsel niet in zijn meegenomen, steeg op jaarbasis met 56 procent.
De Turkse inflatie kwam de voorbije jaren structureel in de dubbele cijfers uit. Autoriteiten gaven voorrang aan economische groei en export. De Turkse president Recep Tayyip Erdogan vindt, in tegenstelling tot de gangbare theorie onder economen, dat een hoge rente zorgt voor hoge prijzen. Hij wil de goedkope lira gebruiken om de industrie van zijn land te helpen, omdat het dan voor andere landen goedkoper wordt om Turkse producten te kopen. Die koersdaling voedt echter ook de inflatie, doordat invoer van bijvoorbeeld brandstof juist duurder wordt.
Erdogan blijft zich uitspreken tegen het verhogen van de rente om daarmee de torenhoge inflatie in het land te beteugelen. De Turkse centrale bank hield vorige maand de rentes voor de vijfde maand op rij ongewijzigd op 14 procent, ondanks de oplopende inflatie en de druk op de Turkse munt, de lira. De munt verloor in mei dik 8 procent van zijn waarde ten opzichte van de dollar. De Turkse munt is daarmee de slechtst presterende valuta van alle opkomende markten.