De CO2-uitstoot was in het derde kwartaal 4,4 procent lager dan in dezelfde periode een jaar eerder. De afname komt vooral doordat elektriciteitsbedrijven minder steenkool en meer aardgas hebben ingezet bij hun productie, aldus het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Daarentegen nam de CO2-uitstoot van huishoudens en de dienstverlening toe.
De meetperiode was iets minder warm dan in 2018. Gecorrigeerd voor dit weereffect was de CO2-uitstoot in 4,9 procent lager dan een jaar terug. De uitstoot door het cluster landbouw, delfstoffenwinning, industrie en bouwnijverheid kwam ruim 5 procent lager uit. Dit cluster was goed voor ruim 26 procent van de totale uitstoot. In de aardolie-industrie stegen de emissies, terwijl in de chemie en de basismetaalindustrie de CO2-emissies daalden.
De uitstoot van huishoudens was bijna 3 procent hoger. Er werd meer aardgas verstookt voor verwarming van woningen en ook de emissies door autogebruik namen toe, aldus het statistiekbureau. In het derde kwartaal bedroeg de uitstoot van huishoudens ruim 17 procent van het totaal. Verder was de CO2-uitstoot van de overige dienstverlening, die goed is voor bijna 11 procent van de CO2-uitstoot, ruim 3 procent hoger dan in het derde kwartaal van 2018.
De transportsector zag de uitstoot met bijna 2 procent aandikken. Het aandeel van de transportsector in de totale uitstoot was ruim 17 procent. De uitstoot van de luchtvaart, binnenvaart en wegvervoer nam toe, de uitstoot van de zeevaart nam volgens het CBS daarentegen af.